puberpolitiek

Filosofie biedt een speciale blik op de wereld, maar die wereld zelf trekt zich daar weinig van aan. Waar je ook zit in de zaal, het tafereel blijft ongewijzigd. Toch kan een andere invalshoek nieuwe inzichten bieden. Laten we dat eens toepassen op het toneel van de politiek.

Natuurlijk is dit weer een verhaal van bezieling, reïncarnatie en, leven na leven, leerprocessen. Pas na vele geboorten worden we volwassen. Sommige jonge mensenzielen zijn nog als kinderen, hun denkwereld is nog vol fantasie. Dit is het stadium van zelfontplooiing, het zijn de watermensen. Anderen hebben meer lessen achter de rug, meer levens geleefd, en zijn nog aan het stoeien met hun mentale omhulsel. Deze vuurmensen leven vanuit het ego en op egogerichte emoties als trots en schaamte, roem en ijdelheid. Dit is het proces van zelfbepaling, hun persoonlijkheid is nog wankel, maar toch willen ze zich onderscheiden. Ze willen uit de schaduw naar voren treden en hun eigenwaarde versterken. Het is een strijd die vele levens wordt voortgezet. Maar ooit zullen ze leren dat het niet allemaal gaat om winnen, maar om de vreugde van het spel, ook als je verliest. Niet om de macht, maar om respect. Niet om concurrentie maar om naastenliefde. Niet om ik maar om wij.

Ooit zullen ze de puberteit ontgroeien. Dan komt het leven in het teken van het element lucht te staan en ontstaat er groepsbewustzijn.

Survival of the fittest

Zo wordt deze planeet uiteindelijk bevolkt door vijf mensentypen, naar het stramien van de vijf elementen. In de politiek gaat het daarbij voornamelijk om vuur- en luchtmensen, pubers en volwassenen.

Hoewel de puber zich best aardig en vriendelijk kan opstellen is hij nog onzeker over zijn mogelijkheden. Doordat hij zichzelf moet bewijzen is hij egocentrisch en veel empathie voor anderen is daar niet bij aanwezig. De pubermaatschappij is verdeeld in gelijkgestemde groepen, het verschijnsel van de ‘bubbels’. Elk van die bubbels streeft naar erkenning en verlangt naar uitvoering van zijn denkbeelden. Dat doet politiek. De meest ‘vurige’ onder de vuurmensen, dus de meest puberale, vindt je in het (neo)liberalisme. Het zijn de mensen van de vrije markt. Liberalisme verwijst naar ‘vrijheid’. Maar wat is vrijheid? Is dat nemen wat je nemen kunt? Elk nadenkend mens kan begrijpen dat er genoeg is voor ieders behoefte maar veel te weinig voor ieders begeerte. Jouw vrijheid betekent dat anderen belemmerd worden.

De pubers van het marktdenken ontlenen geregeld hun wijsheid aan Darwin. Hun onvolwassen idee van een vrije markt gaat uit van het recht van de sterkste, een verkeerd begrepen ‘survival of the fittest’. De volwassen en werkelijke vertaling ervan is het overleven van de best aangepaste. De samenleving vraagt om aanpassingen en een volwassen, medemenselijk gevoel van saamhorigheid.

Puberpolitiek leidt tot overdreven eisen, blokkades, afscheiding en onbuigzaamheid tot redelijk overleg. Volwassen politiek leidt tot samenwerking, afstemming, het opzij kunnen zetten van partijprincipes en het loslaten van de belangen van lobby’s ten gunste van het algemeen belang. De geleerden omschrijven volwassenheid aan de hand van een aantal vermogens, zoals verantwoordelijkheid, zelfbeheersing, zelfreflectie, empathie, gevoel van eigenwaarde, emotionele stabiliteit.

Enkele belangrijke keuzes zijn nu aan de orde.

Is Nederland belangrijker dan Europa?

Zijn boerenproblemen belangrijker dan milieuproblemen?

Is de economie belangrijker dan de opwarming van de aarde?

Wilt u vluchtelingen weren zonder in te zien waarom die mensen vluchten?

Is de handel in houtkachels belangrijker dan de luchtkwaliteit in de stad?

Moet de toename van verwarde personen eerder worden bestreden door boa’s te wapenen dan door zorg en opvang te verbeteren?

Is hernieuwde gaswinning in Oost-Groningen belangrijker dan de ondervonden schade en de trauma’s van de mensen daar?

Is politieke ambitie of zijn historische banden belangrijker dan genocide?

Links tegenover rechts

We zien hier duidelijk hoe rechts tegenover links staat. Het is eigenbelang op de korte termijn tegenover maatschappelijk belang op de lange termijn.

Er is wel eens (vanuit rechts) gezegd dat linkse politici beleid maken met hun hart en rechtse politici met hun hoofd. Maar dat klopt niet. Linkse politici hebben een beter hart én een beter hoofd. Ze zijn empathischer én kunnen beter denken. Kijk maar naar deze keuzes. Wie de zaken goed overweegt zegt op al deze vragen ‘nee’. Dat is beter voor de toekomst en beter voor de mensen. Hoofd én hart. Rechtse politici kiezen daarentegen voor het egoïsme, voor macht, en kiezen vaak voor ‘ja’. Ze menen dat dat beter is voor hún toekomst.

Ook op links zitten puberale politici. Het gaat er maar om in hoeverre zo iemand vooruit kan denken en zijn eigen belangen kan opofferen aan een beter alternatief dat voor de toekomst prettiger is. Zo waren in het verleden veel linkse politici nauwelijks bezig met het milieu maar vooral met inkomensgroei. Maar fabrieken moeten de kans krijgen duurzamer te produceren zonder aan concurrentiepositie in te boeten en als het loon voor de werknemers teveel groeit is daar geen geld meer voor. Het land platleggen voor een halve procent loonsverhoging is ook niet direct verantwoord. Deze politici gedragen zich als egocentrische pubers, hoewel links georiënteerd. Echte volwassen politici maken een verantwoordelijke afweging met het oog op de toekomst, op de belangen van het bedrijfsleven én die van de werknemers.

Democratie is ooit uitgevonden door intellectuelen die het goed voorhadden met de verdrukten en behoeftigen, zodat die ook een stem konden krijgen. Het is volwassen keuze van de luchtmens. Daar waar de democratie in de knel komt zie je vaak een toegenomen invloed van extreem rechts of links dat justitie, de media en de universiteiten wil beknotten. Waarom universiteiten? Omdat eigenbelang niet altijd samengaat met feitelijke kennis.

Spiritualiteit geeft een bijzondere kijk hierop. Je kunt politici die vanuit hun emotie niet verder de toekomst in kijken niet echt beschuldigen van hun kortzichtigheid omdat ze nog niet voldoende geëvolueerd zijn. Ze snappen het echt niet en ze denken toch goed bezig te zijn. Ze zijn schuldig aan egoïsme, maar dragen geen schuld. Dat is hun ook niet uit te leggen.

Politieke voorkeur is niet enkel een kwestie van DNA en opvoeding. Het is ook een kwestie van karma, van geestelijke zuiverheid, onderscheidingsvermogen en morele groei. Leven na leven bouwen we aan een beter verstand, een hoger intellect en een fatsoenlijker moraal. Niet iedereen is daar even ver in gevorderd.

Als mensen willen ondernemen en op een rechtse partij stemmen vanuit een filosofie van ‘het recht van de sterkste’ dan is de conclusie dat ze daar niets aan kunnen doen. Ze weten niet beter. Ze zijn eenvoudigweg nog niet wijzer, het zijn pubers in de politiek.