schuldig zonder schuld

Je kunt je leven lang pianospelen maar toch niet het niveau bereiken om op te treden. Genoeg talent om er plezier aan te beleven, maar te weinig om uit te blinken.

Een leven lang oefen je op van alles en nog wat. Daarnaast is er het talent dat je bij je geboorte meekreeg. Het is nature en nurture, DNA en opvoeding. Maar spiritueel gezien is er ook nog het karma. Naast de vaardigheden die je opdoet bouw je leven na leven karma op of af. Bij een volgende geboorte ben je van die beide afhankelijk en kun je je oefeningen verder voortzetten. Dit is natuurlijk de beste en makkelijkste verklaring voor het verschil in talent en überhaupt voor de verschillen in interesses bij jonge kinderen. Als twee ouders vijf gezonde kinderen op de wereld zetten hebben die een zeer verschillende aanleg op allerlei gebieden: creatief, taalgevoelig, wiskundig, handvaardig, al of niet slim, enzovoort.

In essentie is iedereen super muzikaal, intelligent en handig, want we zijn scheppers en Zijn vertegenwoordigers op aarde. Maar karma beperkt de oneindige kwaliteiten van de ziel en het subtiele lichaam heeft nog niet voldoende vaardigheden aangeleerd.

Dat geldt ook voor sociale vaardigheid. Ook dat is iets wat je moet oefenen. Bij de Indiase spirituele leraar Sathya Sai Baba tref je allerlei morele wijsheden aan, aanmaningen om je voorbeeldig te gedragen. Zoals ‘help ever, hurt never’ en ‘love all, serve all’. Maar die richtlijnen zijn wel erg hoog gegrepen! Hoewel ik in spirituele kringen genoeg mensen ken die dit proberen te bereiken, iedereen liefhebben bijvoorbeeld, gaan ze toch voortdurend de mist in en blijkt het ego nog zeer strijdvaardig het goede fatsoen eronder te houden. In veel gevallen zien deze mensen dat wel in en hebben ze spijt van hun gedrag en dat is goed. Het is goed om jezelf in de spiegel aan te kijken en na te denken hoe je de dag bent doorgekomen. Zo leer je steeds deugdzamer te worden en groeit je geweten. En vergeet niet, leren kost tijd.

We zijn van dierlijke afkomst

Morele lessen kosten vele mensenlevens en het geweten groeit daarbij traag maar gestaag. We zijn van dierlijke afkomst. Dieren hebben geen idee van moraal. Ze stelen voedsel van anderen hoewel die ander van de honger kan sterven. Ze schuwen geweld niet maar vechten desnoods hun territoriumtwisten uit tot de dood erop volgt. En er is geen enkele spijt of schaamte. De uitzondering is natuurlijk de broedzorg. Ouders beschermen hun jongen en zorgen voor eten, maar zodra die jongen oud genoeg zijn worden ze onmiddellijk het nest uitgeschopt en moeten ze het verder zelf maar uit zien te zoeken.

We zijn dieren geweest en moeten nu opeens geweldloos worden en empathisch. We mogen niet bedriegen en moeten iedereen respecteren, ja zelfs liefhebben – love all, serve all. Denk niet dat dat zomaar in één leven te doen is. Je ziet ook daarin talenten. Sommige kinderen begrijpen al precies wat fatsoen is, maar anderen pesten en treiteren hun zwakkere klasgenootjes tot huilens toe. En dat geldt vaak genoeg ook voor volwassenen. Ook op de werkvloer wordt wel gepest, kwetsbare collega’s kunnen getraumatiseerd raken en zo zelfs hun baan verliezen. Een volwassen respect is geen vanzelfsprekendheid, de evolutie van naastenliefde is in vele gevallen nog niet ver genoeg gevorderd.

Het is de grote kwaal van deze tijd.

De machocultuur

Zo worden ondanks alle aandacht en campagnes vrouwen nog altijd achtergesteld op mannen qua salaris en promotiekansen. ‘Het aandeel vrouwen in topfuncties blijft nog ver achter bij het wettelijke streefcijfer’, schrijft het Centraal Planbureau op haar site. Verder: ‘Bij de Rijksoverheid en andere non-profitorganisaties is het aandeel vrouwen aan de top met gemiddeld 34% respectievelijk 40% aanzienlijk hoger dan de gemiddeld 15% bij de 5000 grootste bedrijven.’ Maar overal worden vrouwen dus achtergesteld. Dat heeft alles te maken met moraal.

Oorzaken? CPB: ‘Verschillende factoren spelen een rol bij het relatief lage aandeel vrouwen aan de top: de deeltijdcultuur, risicoaversie en competitieaversie, het denken in stereotypen en de bestaande organisatiecultuur. Het is niet duidelijk wat het relatieve belang is van de verschillende factoren.’

Zoals het hier staat ligt het dus aan de vrouwen omdat zij een aversie zouden hebben voor het nemen van risico’s en voor competitie. Waarom staat er niet dat mannen last hebben van een ‘afspraakaversie’ en ‘bescheidenheidsaversie’. Want dat is het werkelijke probleem, de machocultuur van de mannen. Is dit rapport soms ook opgesteld door mannen? Die vinden dat de vrouwen zich als mannen moeten gaan gedragen, terwijl juist de mannen empathischer moeten worden. En ze moeten hun stereotypische beeld van vrouwen aanpassen. Hier zie je een effect van de nog beperkte morele groei. Terwijl vrouwen tegenwoordig gemiddeld beter zijn opgeleid dan mannen is het moeilijker voor hen om carrière te maken. En inderdaad, ze maken er ook te weinig werk van.

Maar er is niet altijd schuld want karaktervorming kost tijd, ja zelfs vele levens. Morele vaardigheden worden hierbij geleidelijk aan verworven. De moraal van een volwassene is daarbij, door vele levens heen, gegroeid vanaf het niveau van gewelddadige peuters (aardemensen) naar kinderen (watermensen) met hun illusies, naar opstandige pubers (vuurmensen) vol bewijsdrang, naar volwassenen (luchtmensen) die nog te veel pretenties hebben en naar wijzen (ethermensen) die onthechting nastreven. Morele evolutie vertaalt zich in de groei van een intelligent onderscheidingsvermogen tussen goed en kwaad. Hierdoor ontstaat er minder karma en neemt het bewustzijn toe. Zo wordt de mens steeds empathischer, liefdevoller en ook gelukkiger.

Schuldig zonder schuld

Je kunt het een kat niet kwalijk nemen dat hij een vogel doodt, hij mist het onderscheidingsvermogen. Als een aardemens, die nog maar enkele levens onder ons is, zwaar vuurwerk afsteekt geldt hetzelfde. Hij wordt niet gewaarschuwd door zijn peutergeweten. Hij maakt zich schuldig aan dit soort geweld en de wet zal hem wellicht corrigeren, maar het zal nog weinig karma opleveren. Hij is als het ware schuldig zonder schuld.

Maar schuldig zijn zij die hun geweten bruuskeren, zoals:

- een watermens die zwaar vuurwerk afsteekt, want hij zet opzettelijk zijn geweten aan de kant,

- een vuurmens die met zijn reclamecampagnes consumenten verleidt,

- een luchtmens die vrouwen achterstelt,

- een ethermens die hoge tarieven rekent voor zijn spirituele diensten.

Zij zijn allen schuldig. Zij handelen uit egoïstische motieven tegen hun geweten in. Heeft zo’n persoon achteraf wroeging? Als dat niet zo is zijn er diverse mogelijkheden. Misschien was hij toch minder ver geëvolueerd dan gedacht, dan ontstaat er niet zoveel karma. Of hij negeert het, heeft wel gewetensbezwaren maar kan daar wel mee leven. Dit is ernstig en de verdrongen wroeging blijft in het gelukzaligheidsomhulsel de geest verstoren. Dát is precies wat karma doet. Dan is er nog een derde mogelijkheid. Hij voelt spijt en probeert zijn fouten te herstellen. De hoeveelheid karma die daarna achterblijft is afhankelijk van het succes van zijn pogingen.

Uiteindelijk staat of valt alles bij hoe je luistert naar je geweten. Een hogere moraal komt automatisch voort uit een goed ontwikkeld geweten. Zodra iemand inziet dat hij moreel in de fout is gegaan en berouwvol zijn leven kan verbeteren is er groei. Anders draagt hij morele schuld en zal hij de pijn van zijn asociale gedrag moeten doormaken.

Het leven is lijden, maar door het lijden is er ook groei. De morele lessen uit de yoga geven inzicht in hoe dat gaat en welke stappen er worden genomen.