het element vuur
Het element vuur, wat betekent dat voor de mens?
Zoals we in het vorige hoofdstuk hebben gezien is de evolutie van de mens gericht op de groei van ons zelfbewustzijn en ook op de groei van ons geweten. Het zelfbewustzijn is een aspect van onze individuele ziel en zij is het duidelijkst merkbaar in het ijlste en buitenste omhulsel, het gelukzaligheidsomhulsel. Daarin ligt ook het geweten. Hier is echter ook karma aanwezig dat is ontstaan door zelfzuchtige handelingen in het verleden die in strijd waren met de doelen van onze ziel. Maar hoe herken je die doelen? Dat is lastig, want wie weet nu precies wat er van hem wordt verwacht? We staan voortdurend voor keuzes, het kan niet anders zijn dan dat we meestal bezig zijn met egoïstische zaken die tegen de ‘goddelijke wil’ ingaan. Daar schuurt het in ons gelukzaligheidsomhulsel en zo ontstaan er wervelingen, wrijvingen en weerstanden die ons besef van de ziel belemmeren. De inspiratie, onze bezieling, blijft steken voordat we ons ervan bewust zijn.
Dus leven we vanuit ons ego dat zich in het mentale omhulsel bevindt Het ego dat direct reageert op zintuiglijke waarnemingen, daaruit verlangens produceert en, na het al dan niet vervullen daarvan, allerlei ego-gerelateerde emoties oproept.
En dat laatste wordt verbeeld door het element vuur. Die enorme gerichtheid op het ego is typisch iets voor pubers – én voor volwassenen die de puberteit nooit zullen ontgroeien vanwege hun staat van evolutie.
Hoe beeldend is dat element vuur! Fraaie vlammen, een vurige gloed, een fonkelende verschijning en dat alles ten koste van de brandstof. Vuur kan bestaan omdat het iets opeet, iets verteert. Door haar omgeving te gebruiken en te bevechten leert de ziel op aarde te handelen en ontwikkelt het een eigen persoonlijkheid, zoals een lastige puber al vechtend zichzelf leert kennen. In de evolutie van al het aardse leven omhelst dat zelfs een compleet natuurrijk: het hele dierenrijk wordt getekend door dit element vuur. Dieren schitteren door het verbranden van ander leven. Alle dieren zijn consumenten, ze eten planten of andere dieren om zelf te kunnen bestaan. Doden om te kunnen leven, dát is vuur.
Een belangrijk aspect van het element vuur dat daarmee samenhangt is de bewustzijnsgroei door zelfbepaling. In de puberteit en bij de mens is dat een psychisch proces, maar bij de lagere rijken gaat het om een fysieke verandering. Daar wordt de uiterlijke vorm bepaald. Zoals dat gebeurt bij dieren. Waar komt de mens vandaan? Uit het dierenrijk. De hoogst geëvolueerde dieren zijn al bijna mensen, daar is de vorm bepaald. De volgende stap leidt naar het volgende natuurrijk van de mens en deze heeft voornamelijk een geestelijke evolutie.
Het dierenrijk is dus een vuurrijk. Ze kunnen vlammen dankzij het opnemen van ander leven én ze zijn op laatst een herkenbaar voorstadium voor de mens.
Het vuur binnen de natuurrijken
Elk natuurrijk is een schepping op zich en ook binnen elk rijk is een elementaire evolutie gaande. Binnen het mineralenrijk, dat primair onderhevig aan de invloeden van het element aarde, is er een secundaire evolutie die verloopt van aarde naar ether. Als we kijken naar het element vuur binnen dit rijk zien we hier de eerste, kleinere organische stoffen verschijnen, zoals de suikers, aminozuren en vetzuren. Hier bepaalt het organische leven zich, want hier ontstaan de belangrijkste bouwstoffen voor alle levensfuncties.
De evolutie van het plantenrijk valt primair onder het vloeibare element water. Ook dit rijk is in evolutie totdat de hoogst ontwikkelde planten zijn gevormd. Na een ontwikkeling van vrij vormloze planten, zoals algen en schimmels, ontstaan op een zeker moment planten van secundair vuur. Deze vuurplanten zijn de eerste met een stengeltje, wortels en bladeren. Het zijn de eerste plantjes die als zodanig te herkennen zijn: de mossen.
Maar bij het dierenrijk is het element vuur pas echt prominent aanwezig. Het ego viert hier hoogtij. De vroegste ontwikkeling in dit rijk laat vooral vrij vormloze dieren zien: sponzen, kwallen, poliepen. Deze hebben nog geen duidelijke orgaanstelsels. Dat verandert bij het secundaire vuur en hier wordt de vorm van het dier bepaald. Dit zijn de rondwormen en platwormen met hun orgaanstelsels zoals een zenuwstelsel, darmkanaal, huid, spieren en voortplantingsstelsel. Je kunt er echt dieren in zien. Alle dieren consumeren ander leven, maar de vuur-dieren zijn vaak zelfs parasieten. Voorbeelden: spoelwormen, plantenaaltjes, aarswormen, lintwormen (zoals ook de bilharzia-lintworm), leverbot, enzovoort. Vuur is hier primair én secundair aanwezig.
Is vuur dan alleen maar puur slecht? Nee, want deze dieren banen ook de paden voor verdere evolutie en daardoor ontstaan latere groepen zoals de ringwormen, weekdieren, insecten, vissen, vogels, zoogdieren en uiteindelijk de mensapen.
Vuurmensen willen winnen, hun leven is één grote wedstrijd
Bij het mensenrijk speelt dat secundaire vuur ook. Dit zijn de mensen die erg gericht zijn op hun ego. Dus zijn ze egocentrisch, maar door hun werk kunnen ze ook de weg banen voor verdere evolutie naar luchtmensen en ethermensen. Vuurmensen hebben vooral de taak om dat vuur te leren beheersen, om met hun egoïsme af te rekenen. Zodra ze dat hebben gedaan, zodra ze sociaal en verantwoordelijk zijn, worden het luchtmensen.
Maar zolang ze vuurmensen zijn hebben ze de neiging om te nemen, om te schitteren ten koste van hun omgeving. Daar hebben ze geen gewetensbezwaren mee. Dat geweten is nog niet voldoende ontwikkeld om zich bezwaard te voelen als ze iets van een ander stelen.
Deze mensen willen winnen, hun leven is één grote wedstrijd. Wie is de snelste, de knapste, heeft de grootste villa en verschijnt het vaakst op de tv? Geld? Voor luchtmensen (o.a. in de wetenschap) staat dat niet voorop, maar vuurmensen doen er alles aan om hiermee invloed, macht en aanzien te kunnen verwerven. Soms lukt dat ook en kunnen ze veel bijdragen aan de menselijke samenleving. En geleidelijk aan dringt door dat goeddoen voor anderen in je eigen voordeel kan werken.
Ondernemers die onverbloemd stellen dat je zo goedkoop mogelijk moet inkopen en zo duur mogelijk moet verkopen zijn vuurmensen. In feite stelen ze, want ze houden geen enkele rekening met de behoeften van de maatschappij en hun klanten. Politici die macht of (zoals ze zelf eufemistisch stellen) invloed willen vergaren door belangengroepen te bevoordelen zijn vuurmensen. Lobbyisme is een typisch vuurverschijnsel.
Vuurmensen vlammen ten koste van de kinderlijke en gemakkelijk te beïnvloedden watermensen door ze te verleiden met reclames, politieke desinformatie en tendentieuze journalistiek. Ze kunnen zelfs de aardemensen tot geweld aanzetten als het moet.
Je kunt stellen dat je het hen niet kwalijk kunt nemen, aangezien hun geweten nog niet voldoende is ontwikkeld en ze nog geen gevoel hebben bij diefstal en soberheid, maar dan ga je toch voorbij aan het algehele doel van onze menselijke evolutie, het ontwikkelen van een juist onderscheidingsvermogen. Wij dienen allen moreel te groeien, tot in de perfectie. Zo niet dan is het resultaat karma zodat we later minder bezield zullen leven. Een vuurmens echter die opzettelijk en welbewust kiest voor diefstal, bedrog of geweld brengt daardoor nog veel meer schade toe aan zijn geestelijk lichaam. In dat geval wordt het geweten bewust geweld aangedaan. Dat hakt er pas echt in en levert veel karma op. Zo iemand krijgt later, vaak in een volgend leven, de rekening gepresenteerd.
En zo leren we leven na leven betere mensen te worden.